Lezing van de Historische Kring Zuidhorn over grensgeschiedenis Friesland en Groningen door Bert Looper.
Waar de scheiding tussen Friesland en Groningen loopt lijkt op het eerste gezicht nogal duidelijk. De grens is in 1724 officieel vastgesteld. Je ziet de lijn op de kaart in de Bosatlas. Er werden na 1724 vele kilometers ‘scheidingsgruppels’ gegraven. En er staan ook grenspalen in het veld, overigens pas sinds 1874. Ze staan meestal op plaatsen waar de grens niet rechtdoor loopt maar afbuigt. Maar dat is toch niet alles. Naast de officiële administratieve grens zijn er taalgrenzen, landschappelijke scheidingslijnen, en ‘gevoelsgrenzen’. Opende ligt bijvoorbeeld in Groningen, maar ze voelen zich daar meer bij Friesland horen. Verlegging van de grens is niet onmogelijk: nog maar 25 jaar geleden werd een deel van Stroobos van Groningen naar Friesland overgeheveld.
Bert Looper is directeur van Tresoar, het Fries historisch en letterkundig centrum in Leeuwarden. Hij probeert de verschillende grensvormen letterlijk en figuurlijk in kaart te brengen. Hij baseert zich daarbij op het centrale – maar ook discutabele – begrip ‘identiteit’, en hij stelt dat er in de laatste tijd voorzichtig een proces van ‘ontgrenzing’ zichtbaar wordt. Terug naar het verre verleden? Meer dan duizend jaar geleden was het land tussen Eems en Lauwers een deel van ‘Magna Frisia’, het kustgebied tussen de mondingen van de Schelde en de Wezer. Is het denkbaar dat Friesland en Groningen ooit weer beleefd worden als één regio?
www.historischekringzuidhorn.nl